…John zuchtte. Want zo had het allemaal niet moeten gaan. Hij stond op, probeerde een kreun te onderdrukken en schoot nonchalant zijn peuk weg. Dat zou prima gelukt zijn, als de moedeloosheid die zich van zijn geest meester had gemaakt niet door elke porie van zijn lijf naar buiten leek te komen. Wat een soepele handeling had moeten worden resulteerde in een genante dans om de brandende sigaret uit zijn kraag te kloppen. “ Fantastisch”, dacht John, “echt fantastisch. Dat had ik net nodig, nog meer ongecontroleerd geschud in het openbaar.”
Hij keek om zich heen of iemand het gezien gehad. Nee, dat viel gelukkig mee. Ach, zoveel mensen als afgelopen avond hadden het ook moeilijk kunnen zijn. Niet meer aan terugdenken, het is gebeurd. Maar gebeurd was het wel. Met een nieuwe zucht zette John zich in beweging en liet het stoepje waar hij net had zitten kniezen voor wat het was. Proberen om de zinnen wat te verzetten met een blokje om. Hij mengde zich in de opgewonden drukte die zich van een stad in de lente meester kon maken en dompelde zich onder in geroezemoes, geflirt en gelach.
Gisteravond was misschien wel een van de ergste avonden uit zijn leven geweest. Terwijl het zo mooi begon. Hij en z’n bandje, 5 mannen met een droom, hadden eindelijk mogen spelen in The Blue Note. Dé jazzclub van de stad. Een stormachtige carrière, gebouwd op puur talent en doorzettingsvermogen, ging zijn hoogtepunt beleven in de jazztempel waar iedereen het over had. Morgen zou iedereen het hebben over Long John and his Pocket Rockets, dat was zeker. John gniffelde onbewust. Een zwartgallige gniffel, want dat iedereen het over hun had was wel zeker. Jammer dat ze het zich nét niet zo hadden voorgesteld.
The Blue Note was afgeladen vol geweest. Z’n bandje had snel naam gemaakt, je moest wel onder een steen hebben geleefd als je niet van die energieke, vlotte jongens had gehoord. Verrassende vondsten, rasmuzikanten en een frontman met gouden strot en een performance waar iedereen het dagen later nog over had. Bij hun opkomst kregen ze al een daverend applaus, de bas en drum zetten het publiek in een extatische beweging en John en de zijnen werden opgezweept door de stuwende energie die zich van de club meester maakte. Steeds sneller, steeds harder, steeds verder leidden de pianolijnen iedereen naar een staat van vervoering. Iedereen, inclusief John. Zover zelfs, dat hij op een gegeven moment niet meer dacht met zijn hoofd, maar met zijn lijf. En dat lijf leek het tijdens een virtuose bassolo een goed idee om z’n jasje en overhemd uit te trekken, midden op het podium te gaan liggen, onverstaanbare keelklanken te slaken en wild bewegend heen en weer te kronkelen. Niet melodieus, niet virtuoos, wel ontzettend vreemd.
Zo snel als de magie zich meester had gemaakt van de zaal, zo snel was deze ook verdwenen. De volledige band en het ganse publiek viel stil, stond met stomheid geslagen te kijken naar de twintiger die daar als een bezetene lag te schudden en te schreeuwen. Degenen die niet met stomheid waren geslagen handelden direct zoals de dat was geleerd op de politieschool. Zo’n dolleman, zulke woeste bewegingen? Dat zagen ze zelden meer sinds de drooglegging. Hier was duidelijk drank in het spel, illegale activiteit dus. De mannen in uniform waren opeens overal .Vier sterke handen tilden John hardhandig van de vloer en uit zijn roes, hun collega’s hanteerden de gummiknuppel als een toverstokje en goochelden zo de hele club leeg. Geschreeuw en gekerm van angst en pijn stegen uit de zaal op. Een kakofonie van rubber op vlees, bars gebrul van de agenten, gehuil van de vrouwen en woest protest van de mannen. Waar hadden ze dit aan verdiend? Er werd de hele avond geen druppel drank geschonken in de club! Nou ja, niet openbaar in ieder geval. En nu zou zo’n zanger met z’n rare gedrag even hun zaterdagavond komen verpesten met z’n rare gedrag? De enige avond dat ze konden ontsnappen aan het juk van alledag?
Waar de woede eerste gericht was tegen de agenten keerde die zich langzaam tegen de band. Dat stelletje rare snoeshanen moest een lesje geleerd worden, en wel nu! Mannen probeerden Long John and his Pocket Rockets in hun handen te krijgen, vrouwen schreeuwden maniakale aanmoedigingen. De agenten voelden de dreiging, sloegen terug. Aan het einde van de avond was The Blue Note een slagveld.
Ja, dat was niet fraai geweest. Op het bureau werd het snel genoeg duidelijk dat John broodnuchter was geweest, de band haast nog meer. Een faliekante vergissing met immense gevolgen. Een jazzclub in duigen, een reputatie aan diggelen, eindeloos veel blauwe plekken en een paar botbreuken, om er maar eens een paar te noemen. Dus zo kon het niet verder. Op dit moment kon de stad zijn bloed wel drinken, zou hij nooit meer ergens zijn jazz met de wereld kunnen delen, hij kon er net zo goed een eind aan maken.
Het plan wat zich de afgelopen nacht in zijn hoofd had ontvouwen móest slagen. Hij kon dit maar op 1 manier repareren, op de enige manier die hij kende: met muziek. Hij zou de stad de jazz teruggeven in de beste, grootste club van de hele staat. Dit móest slagen. Het moest…
De 5 subkampen zijn verschillende nachtclubs in een grote Amerikaanse stad. Ze strijden tegen elkaar om de grootste, de beste en de mooiste nachtclub van de stad te worden. Omdat de drooglegging de stad in z’n greep heeft is de politie steeds op z’n hoede. De nachtclub die het hardst groeit wint de strijd en verdient eeuwige roem! (en dit wordt natuurlijk subkamp 2!)
Kijk voor meer informatie over het Noordelijk Pinkster Kamp op http://www.noordelijkpinksterkamp.nl/